Gedrag en voortplanting
Ratten zijn knaagdieren. Ze zijn hoogst intelligent, levendig, sociaal en leven het liefst met soortgenoten. De hele dag zijn ze met elkaar bezig: samen slapen, samen eten, elkaar wassen, gezellig spelen en ravotten. Bijna niets doet een rat alleen. Zelfs het opvoeden van jonge ratjes gebeurt wel door meerdere moeders. Omdat ratten in groepen wonen, bestaat er altijd een rangorde. Dit zorgt voor rust in de groep, iedereen weet waar hij/ zij aan toe is. Vanaf een maand of 4 behoort een rat in die rangorde, voor die tijd wordt er alleen duidelijk gemaakt wat wel en niet getolereerd wordt door de groep.
Als een rat ongeveer 7 maanden oud is, komt hij/zij in de puberteit. Dat geeft vaak wat chaos in de groep, omdat er een nieuwe rangorde bepaald moet worden. Zodra deze bepaald is, keert de rust weer terug. Een enkele keer wil een rat later wel weer proberen hogerop te komen en ontstaat er kort een ‘gevecht’.
Ratten worden slechts een jaar of twee oud, soms ook wel drie. Vanwege hun korte levensduur zijn jonge ratjes, genaamd rittens, al vanaf 5 weken geslachtsrijp. De vrouwtjes kunnen nu drachtig worden. Voor de rat is het echter gezonder om te wachten totdat ze 6-8 maanden oud zijn. Mannetjesratten worden zelfs pas gebruikt voor de fok als ze ruim een jaar oud zijn. Zo kun je zien welk karakter hij heeft en hoe gezond hij is.
De draagtijd is 21-23 dagen. De laatste week zie je dat de rat dikker wordt. Een dag voor de bevalling maakt de aanstaande moeder een nest. Daarvoor kan er papier(snippers) in het hok gelegd worden en een huisje of iets dergelijks, zodat ze een echt hol kan maken. Tijdens de bevalling kun je de moederrat het beste haar gang laten gaan, maar houd haar op afstand in de gaten in het geval er toch iets mis gaat. Normaliter verloopt een bevalling wel goed en soepel. Gemiddeld werpt een rat zo’n 10 jongen, maar er zijn ook gevallen bekend van 20 rittens!
De rittens worden kaal, doof en blind geboren. Ze zijn helemaal afhankelijk van hun moeder en blijven dan ook alleen maar in het nest. In de eerste twee weken zullen ze hun vachtje krijgen en ontwikkelen de oogjes en oortjes verder. Na ongeveer 10- 14 dagen gaan de oren en ogen open en zullen ze langzaamaan steeds verder de wereld gaan verkennen. Vanaf 3 weken krijgen ze van de moeder vast voedsel aangeleverd, dat ze al snel ook zelf gaan zoeken. Zodra de jonge ratjes 5 weken oud zijn, mogen ze gespeend worden. De mannetjes moeten in elk geval uit het nest gehaald worden nu, omdat ze de moeder en hun zussen kunnen bevruchten! Vaak zie je ook al, dat moeder haar kleintjes niet meer wil zogen.